Daltononderwijs is gestoeld op 5 kernwaarden: verantwoordelijkheid, samenwerking, zelfstandigheid, effectiviteit & reflectie
Bij het begrip verantwoordelijkheid gaat het om twee principiële zaken:
In de praktijk betekent dit dat leerstof niet alleen klassikaal wordt aangeboden. In het daltononderwijs kunnen de kinderen zich ook op een andere manier lesstof eigen. Uiteraard behoudt de leerkracht wel het overzicht over het leerproces. Dag- en weektaken moeten bijvoorbeeld aan realistische eisen voldoen.
Zelfstandigheid binnen het daltononderwijs betekent dat leerlingen zelf oplossingen moeten zoeken, zelf problemen op moeten lossen en zelfstandig opdrachten uit moeten voeren.
Kinderen willen graag actief bezig zijn. Kinderen die steeds meer dingen zelf kunnen, vergroten hierdoor hun zelfvertrouwen. Als kinderen zelfstandig werken en op hun eigen niveau werken, krijgt de leerkracht meer tijd om juist die leerlingen te helpen die hulp nodig hebben.
Binnen het daltononderwijs wordt sociale vorming in de school gezien als een echte leerschool voor het latere leven. Respect is hierbij het kernbegrip: Zonder respect voor elkaar kun je niet echt samenwerken. Samenwerken betekent niet: dezelfde les naast elkaar maken. Het samenwerken moet meerwaarde hebben, kinderen moeten er iets van opsteken. Behalve elkaar helpen met de leerstof, leren zij van en met elkaar vooral op het sociale vlak. De leerkracht heeft hierin een belangrijke taak: vanaf groep 1 moet de kinderen geleerd worden hoe zij op een goede manier met elkaar samen kunnen werken. Ook het leren elkaar niet te storen is een manier van samenwerken.
Effectiviteit en efficiency vooronderstellen duidelijkheid over de onderwijsopbrengsten. Onderwijs behoort kinderen en jeugdigen ook cultureel en moreel te vormen, zodat ze zelfredzaam en sociaal verantwoordelijk worden: geoefend in, gewend aan en voorbereid op leven, werken en samenleven. Het daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen.
Reflexiviteit, nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk, is op daltonscholen belangrijk. Op veel daltonscholen maken leerlingen vooraf een inschatting van de moeilijkheidsgraad en de tijd van de opdrachten. Achteraf wordt hierover ook een feitelijke beoordeling gegeven en worden in gesprekjes regelmatig de inschattingen vooraf en de feitelijke beoordelingen achteraf met elkaar vergeleken. In zulke gesprekjes kan er dan bijvoorbeeld aandacht geschonken worden aan het feit waarom een kind steeds de rekenopgaven in de weektaak vooraf moeilijker inschat dan ze (achteraf) blijken te zijn. Op andere aspecten van het werken in de klas wordt op een soortgelijke wijze gereflecteerd.